Breng in een klein pannetje 15 cl Skuumkoppe voorzichtig met de gedroogde paddenstoelen en tomaten aan de kook en laat een minuut of 30 trekken.

Verwijder dan de gedroogde tomaten en paddenstoelen, snijd die fijn en houd apart. Zeef indien nodig het kookvocht. Bewaar dat ook.

Maak de verse paddenstoelen schoon. Snijd de portobello’s in plakken van ongeveer een halve centimeter dik. Leg de helft apart en snijd de andere helft doormidden.

Snijd de champignons in vier kwarten en de oesterzwammen met de lamellen mee in repen van ongeveer een halve centimeter. Deze drie soorten mogen allemaal bij elkaar. Verdeel de overige drie portobello’s (die in hele plakken) over een bakplaat en besprenkel met olijfolie. Deze gaan ongeveer 40 minuten in een op 210 graden voorverwarmde oven. Keer halverwege om.

Bak ondertussen in een grote koekenpan waar je een passend deksel bij hebt een deel van het andere paddenstoelenmengsel aan in olijfolie. Doe niet teveel paddenstoelen in de pan; ze moeten allemaal de bodem kunnen raken. Dit aanbakken doe ik geregeld omschuddend op redelijk hoog vuur en duurt 3 à 4 minuten per batch.

Als je alle batches hebt gehad, doe je ze allemaal terug in de pan, zet die op heel laag vuur, voeg de tijm toe, dek de pan af met een deksel en laat een minuut of 40 stoven. Voeg aan het einde wat peper en zout toe.

Snijd de uien in halve, dunne ringen. Snijd de gewassen prei in dunne ringetjes en de wortel in kleine blokjes. Bak de uien in olijfolie en laat op laag vuur 20 tot 30 minuten garen. Draai dan het vuur weer wat hoger, voeg de prei toe en laat 5 minuten meebakken.

Vervolgens de knoflook en een minuut later de wortelen. Laat weer 5 minuten al roerend bakken. Blus af met wat bier en voeg het bier toe waarin paddenstoelen en tomaten geweekt zijn. Voeg ook de tomaten en geweekte paddenstoelen zelf toe en tenslotte de gestoofde paddenstoelen.

Giet het laatste bier uit het flesje in de pan waarin de paddenstoelen gestoofd zijn en giet dat vervolgens weer bij de andere pan. Doe het laurierblad erbij en laat het geheel vervolgens op laag vuur ongeveer drie kwartier pruttelen. Check aan het eind of er wellicht wat zout bij moet.

Meng tenslotte de geroosterde portobello’s erdoor en doe vlak voor opdienen wat fijngeknipte peterselie eroverheen.

Serveer met aardappelpuree, witte bonen, palenta, Klöße, Spätzle of een ander bijgerecht dat tegen saus kan.

Wij dronken erbij een Dubbel van La Trappe, mede ingegeven door het herfstige weer eerder op de dag. Inmiddels is de zon net voor ondergang erin geslaagd het wolkendek geheel open te breken, maar het bier gaat gelukkig uitstekend samen met de volle smaken van het gerecht.